Verbreking arbeidsovereenkomst
Arbrb. Luik (afd. Dinant), 20 april 2020, A.R. 18/438/A (Terra Laboris)
Ontslag van een contractuele werknemer in het openbaar ambt: In een vonnis van 20 april 2020 herinnert de arbeidsrechtbank van Luik (afdeling Dinant) eraan dat, ten gevolge van het arrest van het Grondwettelijk Hof van 30 juni 2016, de tussenkomst van de wetgever nog steeds wordt verwacht betreffende de kwestie van het onredelijk/onrechtmatig ontslag van de contractuele werknemers in de overheidssector.
Arbrb. Luik (afd. Dinant), 20 april 2020, A.R. 18/521/A (Terra Laboris)
Ontslag wegens herstructurering/reorganisatie: In een vonnis van 20 april 2020 brengt de arbeidsrechtbank van Luik (afdeling Dinant), die het onderscheid maakt tussen herstructurering en reorganisatie, de vereiste van het oorzakelijk verband tussen de op economisch vlak besliste maatregelen en het ontslag van de betrokken werknemer in herinnering.
Arbrb. Luik (afd. Luik), 8 november 2019, A.R. 2018/AL/726 (Terra Laboris)
Ontslag om economische redenen en moederschapsbescherming: de rechtbank stelt vast dat er economische redenen zijn die geen verband houden met de bescherming van het moederschap in het geval van een kleine onderneming waarvan de omzet voortdurend en aanzienlijk afneemt.
Arbeidsrb. Henegouwen (afd. Charleroi), 13 januari 2020, A.R. 18/1.482/A (Terra Laboris)
Afstand van werk en contractbreuk: het Hof wijst erop dat het voornemen om te verbreken alleen kan worden afgeleid uit ondubbelzinnig gedrag, ongeacht of dit voornemen expliciet of impliciet is, en dat na een lange periode van arbeidsongeschiktheid, indien de werknemer niet opnieuw aan het werk gaat zonder een nieuwe verklaring over te leggen, de arbeidsongeschiktheid wordt verlengd, waarbij de werkgever zich moet vergewissen van de realiteit van het afstand doen van het werk indien hij van mening is dat er reden is om zich te beroepen op een contractbreuk.
Arbeidsh. Brussel, 7 november 2019, K.G. 2019/AB/705 (Terra Laboris)
Dringende reden en bewijs: het Hof wijst erop dat in het geval een werknemer die bescherming geniet in de zin van de wet van 19 maart 1991, deze ernstige reden moet worden beoordeeld volgens de algemene regels, hoewel het bewijs van de dringende reden met zekerheid moet worden geleverd gezien de ernst van de maatregel en de twijfel die de werknemer ten goede komt.
Arbeidsrb. Henegouwen (afd. Charleroi), 10 februari 2020, A.R. 18/2.534/A (Terra Laboris)
Intrekking van de erkenning van een dienstenchequebedrijf: de rechtbank onderzoekt de situatie van een werknemer in de dienstenchequebranchesector (overmacht, fout van de werkgever) na de intrekking van de erkenning van het bedrijf en de weigering van de RSZ om de situatie te erkennen als een situatie die recht geeft op tijdelijke werkloosheid op grond van overmacht.
Arbeidsh. Luik, afdeling Luik, kamer 2 E, 21 februari 2020, A.R. nr. 2019/AL/66 (M. STRONGYLOS en B. ALTOMARE, ELEGIS)
Discriminatie op grond van geslacht: het Hof is van oordeel dat het moederschap, met inbegrip van het verlangen naar moederschap, het ondergaan van een miskraam of de onmogelijkheid om te werken als gevolg van deze gebeurtenis, een realiteit is die alleen vrouwen aangaat. Bijgevolg vormt ontslag dat zijn oorsprong vindt in een van deze gronden noodzakelijkerwijs directe discriminatie op grond van geslacht. Het Hof veroordeelt de werkgever tot betaling aan de werknemer van een forfaitair bedrag dat overeenkomt met zes maanden brutoloon.
Schorsing van de arbeidsovereenkomst
Arbeidsh. Brussel, 14 mei 2020, A.R. 2018/AB/554 (Terra Laboris)
Economische werkloosheid en toegang tot werkloosheidsuitkeringen: het Hof verwierp het koninklijk besluit van 11 september 2016, dat de artikelen 40 en 42bis van het organiek koninklijk besluit betreffende het recht op uitkeringen in geval van werkloosheid om economische redenen, wijzigde. Dit is een bron van discriminatie tussen economisch werklozen enerzijds en andere tijdelijk werklozen anderzijds.
Loon
Arbeidsh. Luik, afdeling Namen, kamer 6B, 14 maart 2019 - A.R. nr. 2018/AN/72 (R. Saintes en M. Strongylos, Elegis)
Voordeel dat als gebruik wordt beschouwd: het Hof is van oordeel dat het in aanmerking nemen van de eindejaarspremie voor 40 jaar voor de berekening van het vakantiegeld voor alle werknemers een in de arbeidsovereenkomst opgenomen gewoonte is die niet eenzijdig door de werkgever kan worden opgezegd, gewijzigd of herroepen.